Een Man, Een Vrouw,

zonder Enige Band Met Kunst of Met de Wereld Van de Kunst.

zij, Kinderverzorgster in Een CrÈche,

hij Werkt Bij de Groendienst, Iets Als Tuinaannemer.

hij Komt in Tuinen, Appartementen

waar Schilderijen, Beelden Staan.

hij Spreekt Erover Met Zijn Vriendin, ‘S Avonds Bij Zijn Thuiskomst.

de Eerste Boeken, Catalogi Worden Aangekocht, om Dieper te Graven en Nog Meer te Ontdekken.

maar Vaak Hebben ze de Indruk Dat ze “CHINEES” Aan Het Lezen Zijn.

hij, Die er Niets Van Kent, Doet Aan Ruilhandel Met de Artiesten Voor Wie Hij Werkt.

en Dan Worden er Tentoonstellingen en Galerijen Bezocht, en Zijn er Ontmoetingen Met Kunstenaars, de Eerste Zeefdrukken en Gravures Worden Aangeschaft, en Uiteindelijk Ook Een Bescheiden Aankoop in Een Verkoopzaal.

het Virus Maakt Zich Van Hen Meester.

hij Interesseert Zich Vooral Voor Moderne Kunst of Het Surrealisme,

zij is Meer Voor de Hedendaagse Kunst.

een Perfect Werkende Mengeling.



chantal R.PATT