De fotograaf Edward Steichen en zijn inzet tijdens de oorlogen

Edward Steichen werd op 27 maart 1879 geboren in Bivange, in het zuiden van Luxemburg, en verliet zijn geboorteland toen zijn kinderen.php' target='_blank' class='externalbrowser'>familie naar de Verenigde Staten emigreerde. Toen hij 16 was, begon Steichen met fotografie en groeide hij uit tot een van de beroemdste fotografen van de 20e eeuw. De eclectische en veelzijdige kunstenaar werkte van 1922 tot 1937 als hoofdfotograaf bij Condé Nast (Vanity Fair, Vogue), waar hij een indrukwekkend aantal portretten van beroemdheden maakte, voordat hij van 1947 tot 1962 directeur werd van de afdeling fotografie van het Museum of Modern Art (MoMA) in New York.

In 1963, tijdens een ontmoeting met H.K.H. Groothertogin Charlotte in het Witte Huis, stelt Steichen zich voor als “e Lëtzebuerger Jong” (een Luxemburgse jongen).

In 1973 overlijdt Steichen kort voor zijn 94e verjaardag in Connecticut.

Tijdens de twee wereldoorlogen van de 20e eeuw diende Edward Steichen in het Amerikaanse leger, waar hij een sleutelrol speelde in de militaire fotografie. Tijdens de Tweede Wereldoorlog hield hij toezicht op de oorlogsfotografie in de Stille Oceaan en organiseerde hij tentoonstellingen over de oorlog. Hij was ook verantwoordelijk voor de documentaire The Fighting Lady, die in 1946 een Oscar won. Deze oorlogservaringen hebben een diepe indruk achtergelaten op zijn leven en werk. Aan de hand van foto's en filmfragmenten duiken we in deze twee cruciale periodes uit zijn leven.

De conferentie wordt in het Frans gegeven door de heer Paul Lesch, commissaris voor de Edward Steichen-collecties bij het Ministerie van Cultuur van het Groothertogdom Luxemburg, en wordt voorafgegaan door een welkomstwoord van Z.E. de heer Jean-Louis Thill, ambassadeur van het Groothertogdom Luxemburg in België.